1. Wanneer bijvullen?
De meter van de CV-ketel moet op het groene gedeelte staan, in het algemeen tussen de één en twee bar. Als dit lager is, moet je de cv bijvullen.
2. Kamerthermostaat lager zetten
Zet de kamerthermostaat op de laagste stand en wacht tot de CV-ketel nog maar 40 graden aangeeft.
Het goed laten afkoelen van de ketel is erg belangrijk, want als je koud water in een warme ketel laat stromen dan kan deze barsten!
3. Vulslang aansluiten
Sluit de vulslang aan op de kraan.
4. Uiteinde van de vulslang aansluiten
Sluit het losse uiteinde van de vulslang aan op het verwarmingssysteem. Meestal is dit bij de ketel of bij een radiator.
5. Kranen opendraaien
Draai de waterkraan open en vervolgens de vulkraan van de verwarming. Na een kwartslag is deze kraan helemaal geopend.
6. Vulkraan sluiten
Sluit de vulkraan als de meter tussen de 1.5 en 2.0 bar staat. Doe de waterkraan dicht en koppel de slang af. Hierbij kan wat water lekken, dus houd een emmer of dweil bij de hand.
7. Kamerthermostaat op de juist stand
Zet de kamerthermostaat weer op de gewenste stand.
8. Radiatoren ontluchten
Bij het vullen van de CV-ketel komt altijd een beetje lucht mee. Ontlucht hiervoor de radiatoren. Zie eventueel ook onze andere instructievideo om te weten te komen hoe je het cv ontluchten werkt.