1. Voorbereiding op de oefening
Het is goed om voordat je aan een nieuwe oefening begint altijd eerst even terug te gaan naar de basisbeweging van het skaten. Dit helpt om weer het juiste gevoel te krijgen met je skates. Ga staan met je rug een beetje bol, hangende schouders en je knieën iets naar voren toe gebogen, de zogenaamde aardappelzakhouding. Zet je skates in een V-stand en maak een pasje opzij. Dit is de basis.
2. Een goede balans, oefening 1
Voor een goede balans is het belangrijk dat je probeert je neus, je navel en je skates in 1 rechte lijn boven elkaar te krijgen. Je kunt dan op 1 been blijven staan en door blijven rollen zonder dat je steeds weer naar binnen terugvalt.
Maak voor deze oefening een beetje snelheid en probeer op 1 been zo lang mogelijk door te rollen. Doe dit zowel links als rechts (zie video 1.35 - 1.45).
3. Samen oefenen
Tijdens de oefening zul je merken dat je de neiging hebt om als je op 1 been staat met je skate weer terug te vallen naar binnen of iets een bochtje te maken. Dit komt omdat het veiliger voelt om een beetje naar de binnenkant te hangen, dan om de skate recht onder je te zetten. Daarom is het vaak wel prettig als je bij deze oefening de eerste keer samen met iemand bent waarop je kunt leunen.
4. Een goede balans, oefening 2
In deze oefening maak je telkens 2 korte slagen en daarna 1 lange slag. Je gaat dus nu een ritme rijden van kort, kort, lang. Probeer bij de lange slag je skate steeds recht onder je navel te zetten, zodat je neus, je navel en je skate in 1 rechte lijn staan. Zo ben je goed in balans waardoor je langer op 1 been door kunt rollen (zie video 2.58 - 3.10).
5. Trucje voor het vinden van je balans
Een trucje dat je kan helpen bij het vinden van je balans, is je handen stevig in elkaar vouwen en zo een vuist maken. Leg de vuist op je navel en probeer je skate recht onder je vuist neer te zetten. Omdat je veel meer zenuwen in je handen hebt weten je hersenen beter waar je handen zich bevinden, dan waar je navel zich bevindt. Daarom gaat het vinden van je balans zo dus iets makkelijker. Het is natuurlijk wel belangrijk dat je de vuist ook echt bij je navel houdt en niet heen en weer gaat met je armen (zie video 3.47 - 3.54).
6. Het nemen van obstakels: de juiste houding
Om te voorkomen dat je achterover valt bij het nemen van een obstakel is een juiste houding belangrijk. Buig je knieën daarom goed naar voren, duw je billen omlaag en houd je armen gestrekt recht voor je (zie video 4.23). Zo voorkom je dat je naar achteren valt. Daarnaast is het belangrijk om een beetje in schrede stap te gaan staan, dat wil zeggen dat je de ene voet iets voor de andere zet. Je duwt hierbij je rechter skate iets naar voren en je linker skate iets naar achteren, met het voorste wieltje van je linker skate ongeveer ter hoogte van het midden van je rechter skate (zie video 4.42).
Wat je ook doet zorg ervoor dat je altijd laag blijft, dus je knieën gebogen (zie video 4.54).
7. Het nemen van obstakels: ergens overheen skaten
Als je een obstakel moet nemen bij het skaten dan doe je dit altijd met 2 benen, omdat je dan veel stabieler bent (zie video 5.06 - 5.08). Ook is het belangrijk dat je een beetje snelheid hebt. Hoe meer snelheid, hoe soepeler je ergens overheen kunt skaten.
Begin om te oefenen met een heel laag drempeltje of een klein obstakel en ga niet meteen van een hoge stoep.
Heb je voldoende ruimte, dan hoef je niet altijd helemaal stil te gaan staan bij het opstappen op een stoep, maar kun je ook rijdend op de stoep afkomen, je skates parallel sturen met de stoep en vervolgens de stoep opgaan (zie video 6.19 - 6.24). Even inschatten en uitproberen dus!
8. Het nemen van obstakels: ergens overheen of op stappen
Als je ergens overheen of ergens op moet stappen dan doe je dit altijd zijwaarts. Doe je dit voorwaarts, dan schiet je achterste skate weg (zie video 5.47). Dus wil je bijvoorbeeld een stoep op, dan doe je dit veilig door eerst te remmen, vervolgens stil te gaan staan en dan zijwaarts erop te stappen (zie video 6.00 - 6.04).