1. De chocolade grof hakken
Neem 75 gram chocolade en snijd dit in grove stukken.
2. De chocolade smelten in de room
Giet 50 milliliter slagroom in een pannetje en verwarm dit tegen de kook aan. Draai het vuur laag, doe de chocolade bij de slagroom en laat de brokken chocola onder regelmatig roeren, smelten in de room. Roer, als de chocolade helemaal is gesmolten, alles tot een mooi glad geheel. Haal de pan van het vuur en laat de chocoladesaus afkoelen totdat de saus lauwwarm is van temperatuur.
3. Het amandelschaafsel roosteren
Laat in een warme koekenpan het amandelschaafsel kort goudbruin roosteren en doe het daarna in een schaaltje of op een bord.
4. Krans vormen van koek en chocolade
Hak de koekjes in stukjes. Leg de stukjes koek op een platte schaal of groot bord in de vorm van een grote, ronde krans (zie video 0.59). Rasp de overgebleven chocolade en strooi dit over de koekkrans.
De combinatie van koek met chocolade maakt de krans stevig en geeft een goede bodem voor de bolletjes ijs.
5. IJskrans maken
Vorm met een ijsschep (of met behulp van twee eetlepels) van het ijs een bol en leg deze op de koekkrans. Verdeel 7 bollen ijs in een rondje over de krans en schep daarna over iedere bol ijs een dessertlepel chocoladesaus.
6. Fruit over de ijskrans verdelen
Leg het fruit verdeeld over de ijskrans tussen de bollen vanille ijs. De kleinere besjes onderop, de grotere aardbeien er bovenop.
7. De ijskrans garneren
Bestrooi de ijskrans met het amandelschaafsel en zeef er wat poedersuiker over. Bedek ook de schaal in het midden van de ijskrans met poedersuiker en gebruik als garnering een enkele aardbei en wat amandelschaafsel. Leg voor een extra feestelijk effect nog hier en daar een blaadje verse munt op de krans. Serveer de resterende chocoladesaus er apart bij en klaar is je feestelijke dessert.