1. Het kiezen van de juiste plek
In maart of april, als de vorstperiode is afgelopen, kun je beginnen met het aanleggen van je moestuin. Bepaal allereerst de plek waar je de moestuin wilt gaan maken. Een plek waar een deel van de dag zon komt en een deel van de dag schaduw is, is de meest ideale.
Heb je geen ruimte voor een moestuin, dan kun je ook groenten en kruiden kweken in potten.
2. De grond vlak maken
Breek met de tanden van de hark de grond in kleine stukjes, om daarna met de platte kant van de hark de aarde gelijkmatig te verdelen. Maak op deze manier de grond mooi vlak.
Gebruik zo nodig een waterpas om te controleren of de bodem goed vlak is.
Als de grond goed vlak is, kunnen de groenten en kruiden later het regen- en sproeiwater beter opnemen.
3. De aarde omwoelen
Woel met behulp van een tuinkrabber de aarde goed los en verwijder met wortel en al het onkruid.
4. De grond bestrooien met moestuingrond
Bestrooi de grond met een 10 centimeter dikke laag biologische moestuingrond en hark deze mooi vlak.
5. De moestuin in vlakken (bedden) verdelen
Verdeel de moestuin in minimaal vier vlakken en markeer deze met behulp van touw en paaltjes (in plaats van paaltjes kun je ook lange spijkers gebruiken). Hierna kun je bepalen welke groenten en kruiden je in welk vlak wilt gaan planten. Een goede indeling is om het moesgedeelte in acht bedden te verdelen.
6. Groenten om mee te starten bij het moestuinieren
Kies, als je net start met moestuinieren, voor een eerste moestuin groenten die makkelijk te onderhouden zijn, zoals paprika, tomaten, sla of andijvie. Ook knoflook en kruiden, zoals peterselie, bieslook of basilicum, zijn ideaal om mee te beginnen. Plant of zaai per vlak soorten uit één gewasgroep.
Teken een plattegrond met daarop de groenten en kruiden per vlak. Handig voor het verzorgen en oogsten van de planten en als geheugensteuntje voor het jaar daarop.