1. Auto op de vluchtstrook zetten
- Probeer bij pech zo snel mogelijk en veilig met je auto op de vluchtstrook te komen.
- Parkeer de auto zo ver mogelijk naar rechts, bij voorkeur in de berm. Zorg wel voor voldoende ruimte voor het openen van het portier aan de rechterkant. Je verlaat het voertuig zo aan die zijde.
- Draai je wielen zo ver mogelijk naar rechts. Als je auto dan van achteren wordt aangereden schiet hij niet de weg op, maar tegen de vangrail of in de berm.
- Zet daarna direct je alarmlichten aan.
Raak vooral niet in paniek maar volg rustig de stappen hieronder, zodat je jezelf en eventuele medepassagiers met een koel hoofd in veiligheid kunt brengen.
2. Auto verlaten bij pech
- Ga via het rechterportier de auto uit. Gebruik de linkerkant van de auto niet, om te voorkomen dat je wordt aangereden.
- Laat ook eventuele medepassagiers het voertuig via de rechterkant verlaten. Zorg ervoor dat alle passagiers direct achter de vangrail of in de berm gaan staan.
- Haal je veiligheidshesje uit de kofferbak en trek dit aan.
- Haal zo nodig de gevarendriehoek uit de kofferbak. Je hoeft de gevarendriehoek alleen te gebruiken als de alarmlichten van je auto niet meer werken of als je in een onoverzichtelijke hoek staat.
- Ga zelf ook achter de vangrail of in de berm staan.
Laat niemand in de auto zitten, ook kinderen en eventuele huisdieren niet, en ga altijd op veilige afstand van de weg staan. Sta je met pech langs een weg waar hard wordt gereden, dan bestaat namelijk het gevaar dat jij of je auto wordt aangereden.
Loop altijd met je gezicht in de richting van het verkeer zodat je andere weggebruikers zelf goed in de gaten kunt houden.
Vergeet niet je tas en mobiele telefoon uit de auto mee te nemen. Het is onveilig om na het verlaten van het voertuig terug te gaan voor het pakken van spullen.
3. Melding doorgeven
Waarschuw, als iedereen veilig achter de vangrail staat, de wegenwacht (of andere pechhulp). Je kunt dit telefonisch doen maar de ANWB heeft ook een app voor je mobiele telefoon en een website waar je direct online meldingen kunt doorgeven.
Blijf achter de vangrail wachten tot de wegenwacht er is.
Houd je ANWB lidmaatschapskaart vast bij de hand.
Dreigt er acuut gevaar, dan kun je ook 112 bellen. Ook dan moet je goed kunnen uitleggen waar je staat.
Sla nummers van de ANWB en andere hulpdiensten op in je telefoon of download de app van de ANWB. Zo kun je altijd snel en makkelijk contact opnemen.
4. Hoe weet je waar je bent op de snelweg?
Als je de wegenwacht belt, moet je kunnen aangeven waar je met je auto langs de snelweg staat.
- Voor de juiste plaatsaanduiding kun je de groene hectometerpaaltjes gebruiken die langs de snelweg staan.
- Op deze paaltjes staat de hectometeraanduiding en het wegnummer vermeld met vaak de toevoeging Li (links) of Re (rechts).
- Het is belangrijk altijd te vermelden of je aan de linker- of rechterkant van de snelweg staat.
Steek nooit de snelweg over, dat is levensgevaarlijk!
5. Pech op de Franse snelweg, wat moet je doen?
Kom je in Frankrijk met pech langs de snelweg te staan, dan werkt dat anders dan in Nederland met het inschakelen van pechhulp. Het snelweggebied in Frankrijk is privéterrein en de Franse overheid is hier verantwoordelijk voor het sturen van pechhulp. Daarom mag de ANWB geen pechhulp voor je inschakelen, maar moet je dit zelf doen.
Zoek de dichtstbijzijnde praatpaal. Geef aan dat je 'en panne' bent. De hulpdienst ziet direct waar je staat en stuurt pechhulp, zogenoemde dépanneurs.
Eén en ander geldt alleen voor de snelwegen. Op de overige Franse wegen kun je wel de ANWB inschakelen!
Sta je in de buurt van een tankstation, dan kun je het personeel vragen om hulp voor je in te schakelen. Houd dan wel je kentekenbewijs bij de hand.