1. Cirkels knippen of snijden
Bedenk in welk formaat je de kerstbal wilt maken, groot of juist klein. Gebruik een bekertje, glas, schoteltje of mal en teken op het karton in de gewenste grootte 6 cirkels. Teken daarna op het designpapier in een iets kleiner formaat dan op het karton, ook 6 cirkels. Knip of snijd alle cirkels uit.
Ben je de gelukkige bezitter van een cuttlebug snijmachine dan kun je deze gebruiken om de kartonnen cirkels te snijden.
Je kunt de cirkels ook uitknippen met een kartelschaar of de randen van de cirkels versieren met bijvoorbeeld glitter.
2. Het karton vouwen
Vouw de kartonnen cirkels dubbel, zodat er een vouwlijn ontstaat en scherp deze vouwlijn aan.
Heb je een papiersnijder dan kun je de cirkels hiermee in het midden rillen.
3. De papieren cirkels vouwen
Vouw de papieren cirkels dubbel met de goede kant naar binnen. Scherp ook nu de vouwlijn weer iets aan.
4. De cirkels op elkaar plakken
Plak met fotolijm de papieren cirkel op de kartonnen cirkel, met de vouwlijnen van beide cirkels precies in het midden op elkaar. Vouw de kartonnen cirkel, met de papieren cirkel aan de binnenkant, dubbel en druk hem stevig aan. Plak op dezelfde manier ook de resterende cirkels op elkaar en laat daarna de lijm goed drogen.
In plaats van designpapier kun je als versiering voor de binnenkant ook een poëzieplaatje, foto of lint gebruiken.
5. Twee cirkels tegen elkaar plakken
Neem één van de cirkels en plak op de achterkant (kant met papier is binnenkant) van een van de twee zijkanten een stukje tape. Pak een andere cirkel en plak een zijkant van deze cirkel met de achterkant tegen de eerste cirkel.
Let op dat de zijkanten van de cirkels precies op elkaar liggen!
6. De derde cirkel plakken
Plak nu aan de andere zijkant van de eerste cirkel een stukje tape en plak de derde cirkel hier op dezelfde manier tegen aan. Je hebt nu 3 cirkels samen geplakt, de helft van je kerstbal.
7. Het ophanglintje bevestigen
Knip het lint op lengte en plak aan de achterkant van de samen geplakte cirkels in het midden (is de vouwlijn van de 2 buitenste cirkels) het lintje met tape vast.
Plak de uiteinden van het lint naast elkaar en niet op elkaar!
8. De resterende drie cirkels plakken
Plak op dezelfde manier als de eerste drie cirkels de resterende drie samen, dus de tweede helft van je kerstbal.
9. De helften tegen elkaar plakken
Plak de eerste helft van de kerstbal tegen de tweede helft door de zijkanten van de twee buitenste cirkels van iedere helft, met tape tegen elkaar te plakken. En klaar is de basis van de kerstbal.
Je kunt de kerstbal in verschillende kleuren en variaties maken, groot of klein en met verschillende decoraties. In plaats van een bal kun je op deze manier ook een kerstster maken.
10. Lintje of touwtje bevestigen
Bevestig een lintje of een touwtje aan de papieren kerstbal en hang hem in de kerstboom. Geniet van het door jouzelf geknutselde eindresultaat.