1. De wijn verwarmen
Giet de wijn in een pannetje en breng de wijn op een zacht vuur nét tegen de kook aan, zodat de alcohol erin blijft.
Let op dat de wijn niet echt gaat koken, want dan verdampt de alcohol!
Omdat de wijn niet gaat koken blijft de alcohol in de wijn zitten en daarmee ook in het gluhwein ijs!
Voor een alcoholvrije versie van dit recept kun je in plaats van wijn rode druivensap gebruiken.
2. De citrusvruchten schoonboenen en snijden
Boen de citroen en de sinaasappels schoon. Snijd vervolgens een halve citroen en één sinaasappel met schil in schijfjes en doe deze bij de wijn.
3. De specerijen toevoegen
Voeg het kaneelstokje toe samen met het laurierblad, de kruidnagels en 1 eetlepel honing en roer dit door de wijn. Laat de wijn met de ingrediënten een half uurtje op laag vuur verwarmen, zodat de smaak van de kruiden en de citrusvruchten zich goed met de wijn vermengd. Roer de wijn zo nu en dan even om.
Let ook nu weer goed op dat de wijn niet gaat koken!
4. De wijn zeven
Giet de warme wijn door een zeef en daarna weer terug in het pannetje. Roer nu 200 gram geleisuiker door de wijn en blijf roeren tot de suiker volledig is opgelost. Laat hierna de wijn afkoelen tot kamertemperatuur.
5. De gluhwein laten bevriezen
Giet de afgekoelde wijn in het diepvriesbakje. Zet het bakje daarna minimaal 8 uur in de diepvriezer, waarbij je de eerste 5 uur het ijs ieder uur even omschept met een vork.
6. Het kerst toetje serveren
Na 8 uur is je gluhwein ijs klaar om te serveren. Snijd de overgebleven sinaasappel met schil in dunne schijfjes en maak in ieder schijfje een kleine inkeping. Verdeel het ijs met behulp van een ijsschep over de glazen en steek op de rand van ieder glas een schijfje sinaasappel. En dan.. smullen maar!
Voor een extra feestelijk kerstdessert kun je het ijs nog versieren met een toefje slagroom en een steranijsje.